Wilma:
Het is een prachtig vak, waarmee je daadwerkelijk het verschil kunt maken
Na het atheneum ging ik Frans studeren. Ik beheerste geen Latijn, maar dat zou bijgespijkerd worden. Dat bijspijkeren was echter niet goed geregeld en het gemis aan kennis brak mij op. Ik was niet gewend om leerproblemen te overwinnen; ik ben geslaagd met een negen gemiddeld. Ik besloot dan ook met de studie te stoppen. Ik wist niet wat ik wel wilde studeren en ging – als een soort tussenstop – de eenjarige opleiding tot directiesecretaresse bij Schoevers volgen. Daarna werkte ik als secretaresse bij een Amerikaanse multinational, maar het was mij al snel duidelijk dat dit niet een baan voor het leven was.
Niet parttime werken
Drie jaar later begon ik weer met studeren: dit keer bedrijfsinformatica bij de Hogere Economische School in Rotterdam. Ik liep stage bij een Amerikaanse multinational, waar ik in dienst kwam als System Engineer. Ik werkte mee aan het automatiseren van informatie verwerkende systemen. Na vier jaar zegde ik mijn baan op; ik was in verwachting van mijn oudste kind en kon niet parttime werken bij dat bedrijf.
Na mijn volgende studie, dit keer bedrijfseconomie, werkte ik als onbevoegd docent bij een mbo en een private havo-/vwo-school. Daarna startte ik met de postdoctorale lerarenopleiding bedrijfseconomie. Ik liep stage in Schiedam en heb daar in totaal negen jaar gewerkt. Eerst als docent en daarna als conrector. Ondertussen behaalde ik zowel mijn eerstegraads bevoegdheid bedrijfseconomie als algemene economie.
De ‘gemiddelde leerling’ bestaat niet
Het onderwijs bleek heel anders georganiseerd dan het bedrijfsleven. Ik ben geschoold in het analyseren van processen, dus vielen de verschillen mij erg op. Mede dat motiveerde mij om leiding te geven aan een school. Na het conrectoraat in Schiedam, werd ik directeur in Zoetermeer. Vervolgens was ik interim schoolleider, maar na vijf jaar wilde ik mij graag weer voor één school inzetten. Inmiddels ben ik rector van het Beatrix College in Tilburg. We werken hier samen hard om ons onderwijs steeds beter op de individuele leerling af te stemmen.
Ons uitgangspunt is dat de ‘gemiddelde leerling’ niet bestaat. Met onderwijs op maat willen we de motivatie van leerlingen vasthouden en hogere leeropbrengsten realiseren. Leerlingen leren niet alleen de kennis en vaardigheden voor het eindexamen, maar ook andere sociaal-emotionele vaardigheden. Ze leren zichzelf kennen, ontdekken hun talenten en verkrijgen inzicht in de maatschappij.
Ik ben zo blij en dankbaar dat ik uiteindelijk in het onderwijs terechtgekomen ben. Het geeft veel voldoening om je in te zetten voor de ontwikkeling van jonge mensen. Het is een prachtig vak, waarmee je daadwerkelijk het verschil kunt maken.